De podoloog luistert naar de klacht van de patiënt en bestudeert de voet. Alle nagels worden recht geknipt om ingegroeide teennagels te vermijden. Met een peerfreesje wordt de nagel mooi gladgemaakt. Nu worden de nagelwallen schoongemaakt en met een eeltmesje wordt al het eelt verwijderd. Ook met eksterogen wordt komaf gemaakt. Met het freesje wordt alles daarna extra zacht gemaakt. Een goede voetcrème sluit de behandeling af.
Bij een diabetische voetverzorging gaat de podoloog extra voorzichtig te werk. Elk klein wondje kan immers grote gevolgen hebben. Een precisiewerkje dus. De nagels worden daarom aan de zijkant iets langer gehouden dan in het midden zodat ingroeien absoluut onmogelijk is. Of een u-vorm met iets langere nagelhoeken.
Sommige nagels staan wat bol waardoor ze gaan drukken en soms zelfs ingroeien. Daarom wordt een nagelbeugel geplaatst. Op de nagel komt een dunne beugel die de nagel omhoog trekt. De nagelbeugel groeit mee met de nagel en wordt na enkele weken herplaatst tot de nagel uiteindelijk terug rechtstaat en het ingroeigevaar geweken is.
Wie last heeft van een hamerteen, klauwteen of tenen die over elkaar groeien, kan geholpen worden met een siliconen orthese. Dit hulpmiddel wordt direct op je voet gemaakt en gaat je tenen beschermen of in een juistere positie sturen. Zo kan een ontsteking tijdelijk ontlast worden dankzij zo’n siliconen orthese, kan het hulpstuk er voor zorgen dat je tenen netjes in de rij blijven of vermijden dat je teentoppen overbelast worden. Nu eens protectief, dan weer correctief. Van beschermen tot herstellen dus.